top of page

Het WK 24 uur lang hardlopend boeken lezen, is je eigen hoofdstuk schrijven!

Drie paar Japanse ogen naast me kijken me vriendelijk aan. De vrouwen knikken beleefd en ingetogen nadat ik hen succes wens in de laatste minuut voorafgaand aan de wedstrijd. Ik sta op de 6e rij samen met René en Harm en matig mij ademhaling om wat rust te vinden voor wat komen gaat. Zowel de spanning als mijn enthousiasme is hoog, ik voel me goed ondanks een slechte nacht slapen, ik heb “goesting” om het internationale karakter van deze race weer even terug te pakken. Het startschot klinkt van dit WK over 24 uur, alle voetstappen snellen zich voorwaarts over te atletiek baan, op zoek naar ritme en ruimte om te lopen. Ondanks dat het dringen is deze eerste rondjes voelt het ook steeds meer bevrijdend dat het nu dan eigenlijk gebeurt.


Ik heb deze week al onder vonden dat dit WK gaat over mensen, ik bekijk al deze mensen als verhalen, of beter gezegd als boeken. Je ziet de kaft maar ze hebben allemaal een verhaal te vertellen en gaan de komende 24 uur een nieuw hoofdstuk schrijven. Waarbij elk een verwachting en idee heeft bij het komende hoofdstuk maar door ervaringen ook zeker weet dat het niet zal verlopen zoals gehoopt en verwacht.  


Mijn begin tempo is hoog en ik beweeg goed met de groep mee maar houd ook scherp mijn benodigde gematigde tempo in de gaten. Het valt me op dat veel lopers snel starten. Zelf wat meer dan verwacht. Temperamentvolle Spanjaarden en Brazilianen. Maar ook Indiase, Uruguayaanse en Algerijnse lopers. Snelle Franse, Duitse en Zwitserse Europeanen. De eerste uren is het vooral aandacht houden voor mijn voedingsplan en zo ritme vinden. Dat geldt niet alleen voor mij maar ook voor de crew die ons als team 24 uur lang gaat verzorgen. Henri staat scherp klaar met mijn bidon die ik aanpak en een ronde meeneem. Ik besluit tijdens de ronde dat het toch niet heel prettig is een ronde lange te lopen met bidon. Dus de vervolg rondes ga ik kort stoppen om te drinken. De gel die ik later krijg is gemakkelijker te nemen tijdens de ronde. Ik laat mijn tempo iets terug vallen om beter in mijn schema te raken. Daardoor halen meer lopers mij in, voor nu niet erg omdat ik pas later in de race mij wil richten op positie. Alles is nu gericht op energie conserveren, goed blijven eten en zorgen dat de komende warmte geen vat op mij krijgt.


Het gaat over mensen en dus ook over het teamNL waar ik deze week mee opgetrokken ben. Met Henri als teamleider en  5 crew leden in de verzorging, Karin, Renske, Heleen, Ellen, Remco is er een goede sfeer binnen het team en wordt er hard voor elkaar gewerkt. Het atleten team bestaat uit 3 dames Bertine, Arenda en Mascha en 6 heren Adam, René, Harm, Jaapjan, Willem en ik. De bubbel waar we sinds donderdag in zitten is prettig. We eten met elkaar in het door de organisatie opgezette paviljoen samen met alle andere landen, op vrijdag met elkaar lopen in de landen parade en het volkslied zingen.


De warmte is sterk voelbaar maar voor mij goed hanteerbaar. Het ritme voelt goed en stabiel. Het eten en drinken lukt goed volgens schema. Mijn ronde tijden zijn stabiel en de eerste marathon in 3.30 zit er al op. Toch merk ik dat ik richting de 60km me wat minder begin te voelen vooral in mijn maag. Het duurt niet lang of ik sta aan de zijde van het parcours mijn maag inhoud achter te laten. Dat gebeurt me in races wel vaker, toch overkomt dit me en is dit gezien dit type race wel heel erg vroeg en niet een florissant signaal voor mijzelf. Ondanks deze kleine tegenslag die ik meld in de verzorgingstent begin ik weer met het aanvullen van de energie middels gelletjes en drinken. In mijn hoofd bedenk ik plannetjes die kunnen helpen mijn maag en lijf weer tot rust te krijgen.


Meer mensen, de organisatie IAU bestaat uit vrijwilligers die veel tijd en energie steken in het organiseren van dit soort evenementen. Geen commerciële organisatie maar juist een samenstelling van verschillende nationaliteiten met een gezamenlijke passie. Aangevuld met een gedreven lokale organisatie  bestaande uit oud en jong met ieder zijn taak. Ondanks de verschillen tussen alle landen zie je dat tijdens een evenement als dit er voor alle grote wereldproblemen minder ruimte is, let wel minder ruimte om in conflict te raken, veel meer ruimte om de verbinding te zoeken en ervaren. Het is een genot om steeds weer met andere atleten op de foto te gaan en leuke gesprekken te hebben. Ik heb mooie gesprekken met Jason een Ier en ook met de Belgische equipe kan ik het goed vinden.


Het rondje van 1500m heb ik ondertussen goed in de vingers, ik weet waar de randjes, putjes, bochtjes en punten zijn waar ik op moet letten. Mijn lichaam blijft rommelen, ondanks dat ik mij aan mijn voedingsschema kan houden moet ik toch weer overgeven. Ik besluit dat ik minder ga drinken bij de algemene verzorgingspost. Meer rust creëren in mijn maag. Ik richt mijn focus deels op mijlpalen die ik tegen kom 84km en door naar 100km. Ook hier gaat het over mensen, waar ik mijn focus ook op leg. De toplopers zijn mij ondertussen al vele rondes voorbij gevlogen, indrukwekkend hoe de koploper stoïcijns door loopt, De lange Oekraïner Tkachuk komt telkens zwaar ademend voorbij, zijn persoonlijke verhaal als ultraloper die zijn passie heeft moeten opofferen om aan het front te vechten voor zijn land. Ook de snelle dames, waaronder Ranson uit Australië, snel en lichtvoetig, De Japanse Nakata lijkt onvermoeibaar de rondes af te werken. Door om mij heen te kijken en de verhalen en boeken van andere mensen te lezen hoef ik me niet te veel te richten op de eigen pijntjes. De misselijkheid blijft, ondertussen heb ik mijn voedingsplan losgelaten zodat ik niet steeds in de afstemming met de crew hoef af te stemmen hoe misselijk ik ben. Ik spreek af dat ik aangeef wat ik nodig heb of het zelf pak. Daarmee kan ik vrij mijn eigen ritme vinden en plan bedenken. Ik baal erg van dit verloop omdat het mijn gewenste plan ondermijnd. Toch is het ook zo dat ik nog steeds door ren en er nog van alles mogelijk is.


Lieve betrokken mensen, mijn ouders zijn afgereisd en lopen de hele week al enthousiast rond. Samen met Anja steeds afwisselend aanwezig en juichend. Ook zijn Bouke & Marjolaine samen met hun zoontje neergestreken op de camping in Albi, ze wonen in Toulouse maar willen dit niet missen en zijn er grote gedeeltes van de 24 uur bij vol enthousiasme. Ook Jaapjan zijn vrouw en kinderen lopen keer op keer enthousiast rond het parcours. De betrokkenheid is van enorme waarde, ik kan er op terugvallen omdat ik mij daardoor niet alleen voel. Als Marjolaine als Française al 2 dagen enthousiast rondzwaait met de Friese vlag weet je dat je gesteund wordt. Dat geldt ook voor de mensen (sponsoren) die mij in de aanloop gesteund hebben, ze zijn hier niet bij maar leveren mij voorafgaand goed af om het daarna met de steun ter plaatse te kunnen voortzetten.


De zon is al ruim onder en het wordt kouder. Ik trek andere kleding aan om warm te blijven. Ondanks de blijvende misselijkheid en het overgeven weet ik een ritme te hanteren. Ik ben onderweg naar de 12 uren doorkomst. Om mijn minimale doelstelling van 250km te kunnen halen moet ik dan zeker boven de 130km doorkomen. De steun vanuit de crew is goed. Als ik wat nodig heb ik het er gelijk. Iedereen is scherp wat vertrouwen schept ook al heb ik in mijn lichaam een sterk wisselend gevoel. Gelukkig is al vanaf de start dat als ik langs de tribune loop dat mijn familie (daar horen Bouke en Marjolaine ook bij) steeds weer juicht en energie genereert. De paar keer dat ik naar het toilet moet is even wennen, een hurk toilet met 100km in de benen gaat steeds iets moeilijker. Ik worstel mijzelf naar de 12 uursgrens toe en kom door in 133km. Dat schept ruimte ook al is de staat waarin ik nu rondloop niet zoals ik wens en gewend ben. Tkachuk loopt mij onverstoorbaar voorbij. Ik richt mij ondertussen even op Fotis de Griek die al meerdere malen de Spartathlon heeft gewonnen. Hij loopt mooi ook is zichtbaar dat hij ook wat worstelt. Eerder in de race heb ik kort met hem gesproken tijdens een colaatje. Nu is de cola van de organisatie op, als er iets is waar mijn misselijkheid op verbeterd is het cola. Dat geldt ook voor sinaasappel, appelsap en bananen, maar deze zijn niet veel later ook op. Dus alles waar ik goed op ga is niet beschikbaar terwijl de misselijkheid niet afneemt. Ik blijf zoeken naar plannen om dit tegen te gaan. Doorlopen is het basis plan het gelletje per uur dat goed valt blijf ik ook doen. Ik besluit een plan te bedenken om vanaf nu elk uur 10km af te leggen zodat ik er nog 120km bij kan halen. Ik stap af van mijn ambitie om richting het NL-record te kijken. Verdelen is nu belangrijk, het helpt me erg goed dat de temperatuur veel lager is en daardoor kan ik steeds weer terug in een redelijk constant tempo. Na een uur heb ik ruim 11km afgelegd en neem ik weer tijd mijzelf goed te verzorgen en zo het volgende uur in te gaan.


Mensen aan de kant zijn ook vermakelijk. Er staan twee Franse jongens die elke ronde “hoep, hoep, hoep” roepen of “Jai bent du bestee” of “Jai bent du snelstee”. De groep supporters met boom box zijn onvermoeibaar en geven veel energie. Ze gaan de hele nacht door. Helemaal fantastisch als ze speciaal voor mij Scooter draaien. Ook de groep jongeren die het dranghek heen en weer schudden na toch net een biertje te veel blijven supporters. De vrijwilligers zijn ook enthousiast zelfs als je elkaars taal niet spreekt.


De nacht is lang, het is al heel lang donker, de tijd gaat traag, de misselijkheid blijft en het overgeven ook, meer dan ik gewend ben. Ik klaag even bij de tent, fijn dat het aangehoord wordt maar dat de aanmoediging naar doorlopen gaat. Tussen 2.00 en 3.00 uur heb ik het wederom zwaar. Het is desondanks mooi te zien hoe er vooraan hard gelopen wordt. De Engelsen, Noren en Finnen doen het erg goed. De verscheidenheid aan atleten is groot, zowel in afkomst als in leeftijd en techniek. Prachtig om te zien dat 24 uur lopen toch gaat over meer dan alleen lopen. Het voltooien van je eigen hoofdstuk met wat jij zelf tot de beschikking hebt. Dat is ook steeds weer mijn terugkerende gedachte. De kou in de nacht blijft lang uit. Pas vroeg in de ochtend trek ik een jasje aan. De laatste 6 uren gaan in wat ergens overzicht geeft. Het is tot nu toe gelukt mijn plan van minimaal 10km per uur te halen maar het is enorm worstelen en het tempo neemt af. In mijn hoofd heb ik strijd, als ik 232km (mijn persoonlijke record) haal ben ik al tevreden. Dat wil ik niet maar het loopt nog niet. Tussen 4.00 en 6.00 heb ik de zwaarste uren en maak ik minder kilometers. Het overgeven neemt toe, terwijl er niet heel veel uit komt. Op het moment dat het maagzuur in mijn neus zit breek ik even. Ik baal en vraag me af wat mijn lichaam mijn nu wil vertellen. In de tent zit ik even en spreek een beetje van mijn wanhoop uit. Ergens  begin ik weer. Het helpt dat Harm ondertussen in dezelfde ronde zit en ik mijn positie t.o.v. hem niet zomaar wil opgeven. Ik gun hem de goede race die hij loopt, maar ik gun mijzelf ook strijdkracht, het helpt mij vaak op positie te racen en mijn huid dan maar zo duur mogelijk te verkopen. Ik besluit weer weg te rennen neem een gelletje mee en blijf Harm voor. Elke ronde zie ik dat de voorsprong van 400m behouden blijft of soms iets uitloopt. Ook de keuze elke 2e ronde thee te drinken doet mijn maag goed. Het knopje is om en er komt een beetje nieuw ritme terug. De drukte op het parcours is gedurende de nacht afgenomen. Heel in de verte wordt het een beetje lichter maar de zon heeft nog wel even nodig. De laatste 2 uren leef ik helemaal op en loop bijna weer net zo snel als aan het begin van de race. De 232km is ruimschoots gehaald, de 240km lijkt ook te gaan lukken en is het kijken hoe duur de huid uiteindelijk verkocht wordt. De support rond de baan komt weer tot leven. De Oekraïner Tkachuk heeft ondertussen zijn stoïcijnse lopen verruild voor wandelen maar ligt in overwinningspositie. De Britse Sarah Webster loopt een nieuw wereldrecord voor vrouwen. Door mijn weer teruggevonden hoge tempo haal ik tijdens een rondje eindeloos mensen in. Het contact met andere atleten blijft hoog. Met de Belgische lopers is het telkens weer even een woordje. Ook de NL-atleten hebben onderling veel oog voor elkaar. In het laatste uur is het licht, ik loop ook weer als een zonnetje. Iedere atleet krijgt een blokje in zijn handen met het startnummer erop. Dit moet exact worden neergelegd op het punt van het parcours wanneer de 24 uren voorbij zijn. Ik haal de 246 en twijfel even of ik dit al een mooi getal vind. Ik loop door naast de Poolse toploper Piotrowski. Dan klinkt het schot van de finish. Ik leg mijn blokje neer en feliciteer mijn medelopers en loop terug naar de verzorgingstent.

Ik ben leeg van alle inspanning, onrust, interne strijd en de indrukken van alles om mij heen. Een 24 uur en zeker een WK is enorm overweldigend. Ik ben blij dat ik 247,311km heb weten te behalen gezien het verloop van deze race. Ook ben ik teleurgesteld dat ik niet mijn doel heb behaald en zeker niet mijn potentieel heb kunnen benaderen. Dankbaar ben ik voor de ervaring en de verzorging van het voltallige team, mijn support, de organisatie. De 38e plek in een sterk bezet deelnemersveld. Ik kwam voor meer maar kreeg wat een ultraloop over 24uur betekend. Het lopen en vooral samen met deze atleten geeft een groot deel betekenis aan mijn leven. Weten dat je als verschillende mensen, culturen en verhalen toch kunt verbinden en sportief kan strijden. Op de zware momenten heb je elkaar nodig, zowel in betrokkenheid als soms elke in aanwezigheid zonder direct contact. Het vormt je als mens en is zoveel meer dan een ‘wedstrijd’.   

Dank aan het fantastische team met elkaar, ook al is het voor iedereen verschillend gelopen en veelal niet als gewenst, verwacht of gehoopt. De solidariteit en steun naar elkaar was groot. Ook dank voor de support ter plaatse en van grote afstand. Dat voelt als een enorm voorrecht. Dit hoofdstuk is geschreven, ik gun mijzelf mettertijd weer nieuwe hoofstukken. Wie weet nog weer een WK.


In een wereld waar verdeeldheid heerst op dit moment, heb ik met 400 anderen dit voor een moment doorbroken. We bezig zijn met elkaar en met anderen maar juist met hetzelfde doel, ieder zijn eigen verhaal schrijven en zijn eigen dromen volgen met je eigen beschikbare mogelijkheden. Het kan wel en het lukt beter als je elkaar support zelf als je tegenstanders bent. Want je hebt elkaar net zo hard nodig om verder te komen in je eigen hoofdstuk maar ook bij het ondersteunen van het hoofdstuk van de ander. Je hoeft niet voor elkaar te lopen, iedereen loopt zelf, je hoeft alleen maar met elkaar te lopen. De verhalen achter deze 400 lopers zijn er al en verdienen aandacht door met elkaar gedeeld te worden. Contact maken en luisteren ook voorbij aan je eigen pijn, want daar helen de wonden of wordt het anders doordat er weer een pagina omgeslagen wordt.  


ree
ree
ree

Gemaakt door:

Jort van Zutphen

bottom of page